Publicatiedatum: 2 juni 2025
Ben je geregeld tot in de late uurtjes wakker, of juist een vroege vogel? Slecht nieuws voor wie tot de eerste groep behoort: avondmensen gaan op cognitief vlak sneller achteruit dan ochtendmensen. Dat concluderen onderzoekers van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG).
Onderzoekster Ana Wenzler bestudeerde de slaapritmes van zowel extreem vroege als extreem late slapers, en ‘alles daar tussenin’. Daarna bekeek ze hoe deze mensen scoren op een cognitieve functietest, zowel nu als tien jaar geleden. De conclusie: wie laat naar bed gaat, gaat op cognitief vlak sneller achteruit dan een ochtendmens.
Dat komt voor een deel omdat zaken als roken, drinken en ongezond eten ’s avonds laat simpelweg vaker plaatsvinden. „In ons onderzoek zagen we dat ook terug: avondmensen roken en drinken vaker en bewegen minder. 25 procent van het risico op cognitieve achteruitgang kunnen we uit ons onderzoek verklaren door roken en slecht slapen’’, zegt Wenzler.
Niet gaan ‘tegenwerken’
Vooral bij hoger opgeleide mensen werd een verschil gevonden, waarschijnlijk door hun ritme. „Het zijn vaak mensen die ’s ochtends weer vroeg naar hun werk moeten en dus vaker te kort slapen’’, denkt Wenzler. De hersenen krijgen daardoor te weinig rust. De onderzoekers denken dat lager of middelbaar opgeleide mensen daarentegen vaker een baan hebben waarbij ze rekening kunnen houden met hun slaapritme. Denk aan horecabanen, of een functie met nachtdiensten.
Bron: Academie Nieuwe Zorg